Bolivia: La Paz, El Alto en Cholita worstelen

Van Copacabana naar La Paz loopt een gloednieuwe snelweg. Om de tien kilometer is een dorp gebouwd met een plein, een kerkje en een groot voetbalveld. Sommige dorpen zijn nog nauwelijks bewoond. Het landschap is verder adembenemend mooi. We bereiken de rand van La Paz na een paar uur rijden en een oversteek over een brede rivier. De bus wordt op een houten vlot over het water vervoerd, wij stappen in een kleine boot.

La Paz ligt in een kloof, zo’n 350 meter lager dan de voorstad van La Paz, El Alto. El Alto begon als een buitenwijk van La Paz maar is ondertussen uitgegroeid tot een stad op zichzelf. Al jaren verhuizen mensen van het platteland naar de grote stad en vestigen zich in El Alto. De snelweg eindigt er abrupt en daarna moet de chauffeur zich in allerlei bochten wringen om bij het busstation van La Paz uit te komen. Buiten zien we veel kinderen die uit school komen, ze hebben hun uniformen nog aan. Het is overal druk. Over de laatste kilometer doen we een uur, omdat we in de avondspits belanden. Het regent bovendien; in een afwateringskanaal langs de weg buldert het water dat uit de bergen komt de stad in.

We lopen van het antieke busstation naar ons hostel. We weten niet goed wat we moeten denken van La Paz. De stad oogt chaotisch en rommelig. In de buurt waar we overnachten puilen de winkels uit met imitatie merkkleding. Onze straat is waar je je haar laat knippen. Er zitten wel dertig kapperszaken op een rij. Een stoet minibusjes vol mensen onderweg naar huis baant zich toeterend een weg door de straat. Het hostel is een oase van rust. Het pand is gigantisch. Aan een overdekte binnenplaats zitten meer dan twintig kamers. Het heet York Vintage en elke kamer is retro ingericht. Helemaal goed. Onze kamer is ruim en we hebben een heerlijk bed. Muy lindo! Die avond wagen we ons nog niet aan street food. Mathieu heeft nog steeds last van zijn buik. We eten een lichte maaltijd in een vegetarisch restaurant.

Een van de kraampjes van de Heksenmarkt

Een offer voor geluk. Lama foetus, snoep en kruiden.

When in Rome...


De volgende dag zigzaggen we door het oude centrum van La Paz naar het Museo de EtnografiĆ”. De oude gebouwen zijn soms moeilijk te bekijken omdat ze zijn bedekt onder affiches en graffiti of verstopt achter kleurrijke kraampjes. Tussen de gebouwen zijn miljoenen elektriciteits- of telefoonkabels gespannen.

Een statig regeringsgebouw aan het Plaza Murillo

Calle Jaen, een smal koloniaal steegje.

De koloniale gebouwen zijn er wel.

De kathedraal van La Paz, vlakbij mercado Lanza.


Het museum blijkt veel groter dan we dachten. Er is een zaal over weefkunst, een zaal over aardewerk en een over smeedwerk, maar de meest indrukwekkende is de zaal waarin rituele maskers zijn tentoongesteld. De zaal is verduisterd, zwart geverfd en elk masker is met Ć©Ć©n spotje verlicht. Het zorgt voor een magische sfeer. De masker lijken te zweven en suggereren beweging en dans. Het doet denken aan spookhuis. O wee als een van die kostuums tot leven komt.

Brrr.

Is there anyone in there?

Zo uit een nachtmerrie weggelopen.

Een Moreno, een masker gebaseerd op Afrikaanse slaven die werden meegebracht door de Spanjaarden.

Een sobere uitvoering van een Moreno.


Die middag lunchen we voor het eerst in de centrale markthal Lanza. Het gebouw heeft de uitstraling van een parkeergarage, maar het is dƩ plek voor een betaalbare en verse maaltijd. Je vindt er honderden eetkraampjes zo groot als een halve zeecontainer waar Aymara vrouwen in hun kleine keukens een voor- en hoofdgerecht voor je klaarmaken. Die eerste keer vinden we het moeilijk kiezen. We kiezen een zaak uit waar het druk is en waarvan alle wanden zijn volgeplakt met posters van een lokale volkszanger. Het eten smaakt er goed. Mathieu eet eindelijk zijn bord weer leeg.

Een van de vele comedors.

Popualair tijdverdrijf onder scholieren en kantoorlui.


Twee dagen later gaan we terug naar El Alto, dit keer met de skilift. Vanuit onze cabine hebben we een fantastisch uitzicht over La Paz. We glijden onder andere geruisloos over de grootste begraafplaats van Bolivia. Van veraf lijken de graftombes net huizen met heel veel raampjes. Ook zien we soms de besneeuwde bergen waardoor La Paz wordt omringd. We worden zo herinnerd aan het woeste landschap dat op slechts een steenworp afstand ligt.

Up up and away.

Slechts een fractie van de begraafplaats.

Een overledene die wordt opgeborgen.

Meer dan een miljoen inwoners.


We zijn in El Alto om twee redenen. De donderdagmarkt en het Cholita worstelen. Zodra we uit de skilift stappen, lopen we zo de grootse markt van Bolivia in. Werkelijk alles is hier te koop. Een vrouw verkoopt samen met haar man gerecyclede auto onderdelen, van hele versnellingsbakken tot enkele lagers. Tussen twee kramen vol goedkope kleding treffen we weer een tatoeĆ«erder aan die in de open lucht zijn vak beoefent. Dit keer heeft de artiest wel handschoenen aan. We bladeren wat door zijn map met ontwerpen en nemen foto’s. Toch denken we er niet aan om getatoeĆ«erd te worden. We lopen verder.

Intertoys op wielen.

Elk onderdeel te koop.

Meer talent dan de tatoeƫerder die we in India aan het werk zagen.


We hebben moeite om het zaaltje te vinden waar de worstelwedstrijden tussen Cholita’s worden georganiseerd. We vinden een gymzaal, het moet de locatie zijn, maar binnen wordt gezaalvoetbald, er is geen worstelring opgebouwd. Drie andere Westerse backpackers zijn ook op zoek. Samen lopen we met lichte tegenzin naar de tweede arena waar wedstrijden worden georganiseerd. In deze zaal worden namelijk wedstrijden gehouden voor toeristen. Niet the real deal dus, maar desalniettemin is het genieten geblazen.

De Cholita’s zien er onschuldig uit in hun traditionele kleding, maar niets is minder waar. Zodra de borsalino hoedjes en de oorbellen afgaan, gaat alle etiquette overboord. De vrouwen grijpen elkaar bij de vlechten, schoppen, slaan en lanceren elkaar door de lucht. Het is allemaal ingestudeerd, maar toch ziet het er spectaculair uit. Zelfs de scheidsrechters vechten mee. Het publiek wordt bespeeld en we vinden het prachtig.

De Cholita's komen dansend op met hun mascotte.

De etiquette gaat zo overboord.

These ladies don't play.

BAM!

Had je wat? Met je colaatje?

Zelfs enge clowns kunnen het krijgen.


De toeristenshow heeft een voordeel. We kunnen met de andere bezoekers terug rijden naar het centrum van La Paz. Het meisje dat de tours organiseert raadt ons af om in het donker terug te lopen naar de skilift. Niet veilig. Prima. We stappen in, stoppen onderweg voor foto’s van La Paz by night en worden praktisch voor de deur van ons hostel gedropt.

La Paz vanaf de rand van El Alto.

Een kommetje gestoofde varkensdarmen en maag met reuze maĆÆs toe.


We werken de volgende dagen veel aan de blog en het dagboek. We komen alleen buiten om te eten en om souvenirs te kopen. Onze reis zit er bijna op, dus we kunnen langzaam maar zeker spullen kopen om mee te nemen naar huis. In de markthal raken we steeds vaker aan de praat met Bolivianen tijdens het eten. In steenkolen Spaans en met handen en voeten kunnen we ons aardig redden. Met een vrouw hebben we het over de politiek van Evo Morales, de verschillen en overeenkomsten tussen Peru en Bolivia en natuurlijk – eten. Als we opstaan om te vertrekken, wenst ze ons uitgebreid veel plezier in haar prachtige land.

Op zondag pakken we onze spullen in en verlaten we La Paz. We zijn snel verknocht geraakt aan deze stad en zouden hier makkelijk nog een week willen rondhangen. In het busstation kopen we kaartjes naar Oruro, een veel kleinere stad, die veel toeristen overslaan. Wij niet. Vamos! Hasta la proxima!

Kiki en Mathieu

Volg ons op onze reis rond de wereld.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten